Slechts 14,5 procent van het Nederlands bedrijfsleven is circulair, zo blijkt uit de Nieuwe Economie Index, een jaarlijks onderzoek van MVO Nederland. Eén ding is echter zeker: dat ligt niet aan de hoeveelheid enthousiaste ondernemers die flink aan de circulaire weg timmeren. Tijdens de Week van de Circulaire Economie laten zij zien hoe circulair ondernemen in de praktijk werkt, zodat bezoekers ervan kunnen leren. In de aanloop naar de Week spreken we met Marc den Hartog, directeur Commercial Waste Nederland bij Renewi, afval- en recyclingspecialist én hoofdsponsor van de Week van de Circulaire Economie.
Hi Marc, je bent directeur Commercial Waste Nederland bij Renewi. Wat houdt jouw rol precies in en waarmee ben je zoal bezig?
‘Commercial waste’ is bedrijfsafval. Denk aan afval van winkels, distributiecentra en industriële bedrijven. Als divisiedirecteur ben ik er in Nederland voor verantwoordelijk dat we dit allemaal zo goed mogelijk inzamelen, sorteren en verwerken met als doel dit een tweede leven te geven.
Renewi is de specialist op gebied van het verwerken van afvalstromen tot nieuwe grondstoffen. Wat gebeurt er vervolgens met deze nieuwe grondstoffen?
Dat leg ik het beste uit aan de hand van een concreet voorbeeld: koelkasten. Daarin wordt een hoogwaardig plastic gebruikt genaamd ABS. Dit geldt voor de glanzende delen, is sterk en geschikt voor contact met voedsel. Dat leent zich goed om de koelkast uit elkaar te halen en om materialen zoals metaal, plastic en koelelementen zo goed mogelijk te scheiden. We vermalen het ABS-plastic in brokjes en verwerken deze uiteindelijk tot korrels die als secundaire grondstoffen weer worden ingezet. Zoals door PLAYMOBIL, die het als nieuwe plastics inzet voor de productie van haar WILTOPIA-speelgoedlijn en daarmee 80 procent hergebruik van materialen bereikt.
We hebben het vaak over recycling als bedrijf. Een belangrijke functie in de circulaire economie, maar waar mogelijk wil je materialen die nog goed zijn te hergebruiken niet in recyclinginstallaties verwerken. We hebben daarom een startup binnen ons bedrijf die zich bezighoudt met hergebruik. Zij kijken momenteel naar een herbestemming van houten balken uit onze containers met bouwafval. Voordat we deze versnipperen en verwerken tot spaanplaat, kijken we nu eerst of de goede stukken hout bruikbaar zijn voor andere, nog hoogwaardiger toepassingen. In samenwerking met ontwerpbureau Studio Henk zijn er bijvoorbeeld tafels gemaakt van 100 procent afvalhout.
De ontwikkelingen van een lineaire naar een circulaire economie gaan te traag. Waar ligt dat aan volgens jou?
Ik herken de onrust. Aan de ene kant zie je dat inzetten op circulariteit nog niet volmondig gebeurt. Hoe dat komt? Het ontbreken van regel- en wetgeving die recyclen stimuleert én de kosten die ermee gepaard gaan. Verbranden is tot nu toe goedkoper dan verwerken voor recycling. Dat zijn obstakels die het bedrijven die het goede willen doen niet makkelijker maken. Om de circulaire economie te versnellen moeten deze obstakels in de toekomst echt weggenomen worden.
Aan de andere kant gaat het ook om bewustwording bij personen die besluiten nemen binnen bedrijven. Neem bijvoorbeeld de gezondheidszorg: ziekenhuizen gooien veel weg. De zorg is verantwoordelijk voor 7 procent van alle CO2-uitstoot. Dat is enorm veel voor een sector die het maatschappelijk belang sterk dient. Maar in de ontwikkeling naar meer bewustwording ben ik optimistisch en hoopvol. Je ziet nu bijvoorbeeld dat steeds meer bestuurders en specialisten van ziekenhuizen zich bezig houden met de enorme hoeveelheid materialen die na slechts één keer gebruik worden weggegooid. Daar ontstaan momenteel veel initiatieven in het hergebruiken van materialen. Een goed voorbeeld hiervan is de samenwerking die Renewi heeft met Greencycl in het recyclen van medische instrumenten van roestvrij staal of kunststof.
”Om de ontwikkelingen naar een meer circulaire economie te versnellen is samenwerking nodig. Je moet je als bedrijf realiseren dat je onderdeel bent van een hele keten.”
Wat is er volgens jou nodig om de ontwikkelingen naar een meer circulaire economie te versnellen?
Als je echt circulariteit wilt doorvoeren moet je je realiseren dat je als bedrijf onderdeel bent van een hele keten. Vóór en na jou zijn er in het proces partners nodig. Renewi ziet zichzelf als een schakel: we helpen bedrijven die zich enerzijds van hun afval willen ontdoen en anderzijds leveren we grondstoffen. Dat betekent niet alleen afvalstromen afvoeren, maar er ook echt iets nuttigs mee doen. Van bewustwording van de consument tot logistiek, verwerking én verwaarding. Als dat allemaal bij elkaar gebracht wordt heb je een mooie, gesloten keten die bijdraagt aan het circulair maken van onze grondstofketens.
Wij gaan bijvoorbeeld op zoek naar partijen die nuttige reststromen of hergebruikte materialen kunnen inzetten. Denk hierbij ook aan onze samenwerkingen met grote bedrijven zoals IKEA die nieuwe matrassen wil maken van het materiaal uit oude. We helpen met inzamelen van oude matrassen én het terug leveren van de grondstoffen voor nieuwe. Ook werken we samen met innovatieve startups die nieuwe circulaire ketens proberen op te zetten voor afvalstromen waar tot nu toe geen andere bestemming voor was dan de weg naar verbranding en waar dus enorme winst te behalen valt.
Jullie zijn als circulair bedrijf al even op weg. Op welk moment in deze reis ben je het meest trots?
Eén van de dingen die ik het mooist vind is de transitie die we binnen het bedrijf maken: van de partner voor afvalinzameling met een grote vloot vrachtwagens naar daadwerkelijk verwerker én producent van nieuwe, secundaire grondstoffen. Dat is best een verandering, ook voor de organisatie. Je moet dan materiaal maken voor toepassingen waarbij het aan specificaties moet voldoen en van hoge kwaliteit zodat het veilig te hergebruiken is. En we zitten middenin die transitie waarbij al mooie stappen zijn gezet.
Het voorbeeld van Retourmatras, onze samenwerking met Ikea, vind ik persoonlijk het mooiste. De 1,5 miljoen weggegooide matrassen gingen tot een paar jaar geleden allemaal de verbrandingsoven in. Nu zijn er vier fabrieken in Nederland die samen ruim een miljoen matrassen verwerken. Meer dan 90 procent daarvan wordt gerecycled. Je kunt in relatief korte tijd, in dit geval 3 jaar, een relatief groot probleem oplossen, als je het maar samendoet.
We kijken ook kritisch naar onze eigen footprint. Zo wordt onze vloot vrachtwagens elke dag steeds meer elektrisch en maken we gebruik van circulaire bedrijfskleding.
Waar zijn jullie te vinden tijdens de Week van de Circulaire Economie?
Wij organiseren zelf vier sessies bij hubs in Nederland, waaronder Blue City en Circl, gericht op bewustwording en kennisdeling. We bespreken wat je kunt doen om zero waste-doelstellingen invulling te geven, hoe te bouwen zonder afval en circulariteit in de zorg. Het doel van deze sessies is kennis te delen met een ieder die ook een rol wil spelen bij het realiseren van een circulaire economie. Ook willen we in gesprek; wij zijn op zoek naar de ervaring van ondernemers en professionals zelf. We blijven tenslotte een nieuwsgierige en lerende organisatie.
”Deel je plannen en praat erover met andere bedrijven. Je hoeft het wiel niet opnieuw uit te vinden.”
Wat is jouw gouden tip voor ondernemers om zelf aan de slag te gaan met circulariteit?
Deel je plannen en praat erover. Ondernemers beschermen vaak hun gouden idee voor de buitenwereld. Dat is een begrijpelijke gedachte. Maar de kans dat je je plan groot maakt zonder het te delen is helaas niet zo groot. Klop dus op alle deuren en vind (grotere) partijen om mee samen te werken. Je hoeft het wiel niet opnieuw uit te vinden. Je bent misschien een kleine muis, maar vind vooral de olifant die de dans met je aangaat. Die zijn er voor je!